Het leven van Albert Einstein (1879-1955)
1879-1893
Albert Einstein is geboren op 14 maart 1879 in het Zuidduits stadje Ulm gelegen op de linkeroever van de Donau. In die tijd leidden Hermann Einstein (zijn vader) en zijn broer Jakob een elektro-chemisch fabriekje. Zijn moeder Pauline Koch was een huisvrouw. Ze woonden in de Bahnhofstraße B135 in Ulm. In 1880 verhuisde de familie Einstein naar München, waar in 1881, Albert Einsteins zus werd geboren. Ze heette officieel Maria Einstein, maar men noemde haar altijd Maja. Met haar voelde Einstein zich zeer verbonden.
Einstein was een zeer teruggetrokken jongen, hij isoleerde zich van andere kinderen. Op vijfjarige leeftijd kreeg hij les van een huislerares. Op zijn zevende ging hij naar de Volksschule. Veel vrienden had hij niet. Dit kwam doordat zijn familie van Joodse oorsprong was en in München was men overwegend katholiek. In 1888 toen Einstein dus negen was, ging hij naar de middelbare school, het Luitpoldgymnasium. Hij behaalde daar wel goede cijfers hoewel hij tegen het van buiten leren was. Hij was een uitblinker in wiskunde. Voor Latijn haalde hij de hoogste cijfers en voor Grieks was hij bijna net zo goed. Het enige waar hij niet zo goed in was, was gymnastiek. Dit maakte hem moe en duizelig. Einstein las in zijn jeugd al populair-wetenschappelijke boeken. Iedere donderdag kwam er een Joodse student eten die Max Talmey heette. Hij studeerde medicijnen en daagde Einstein van zijn tiende tot vijftiende uit tot intellectuele debatten.
In 1894 verhuisde zijn familie naar Milaan. Einstein bleef in München achter bij een pleeggezin, want hij moest zijn school nog afmaken. Einstein besloot net voor zijn eindexamen op reis te gaan naar Milaan om zijn familie te bezoeken. Hij liet een dokter een briefje schrijven waarin vermeld stond dat hij dringend vakantie nodig had door een zenuwuitputting. Zo verliet hij dus de school en vertrok naar Milaan. Hij was wel vastbesloten zich voor te bereiden op het toelatingsexamen aan de universiteit door zelfstudie maar zou niet meer teruggaan naar het Luitpoldgymnasium. Hoewel Einstein 2 jaar te jong was om te studeren aan de universiteit, nam hij met bijzondere toestemming deel aan het toelatingsexamen voor het Polytechnikum in Zürich. Later werd dit herdoopt tot Eidgenössische Technische Hochschule (ETH). De vakken waarvan hij examens kreeg waren: wis- en natuurkunde, scheikunde, literatuurgeschiedenis, algemene geschiedenis en Duits. Hij zakte omwille van de laatste onderwerpen. De directeur raadde hem aan school te volgen in het Zwitserse Aarau en daar zijn diploma te halen voor de middelbare school. Dit deed hij en ging zelfs te voet van Zürich naar Aarau, dit was 50 kilometer verderop.
Wat velen misschien niet weten over Einstein is het feit dat hij viool speelde. In september 1896 slaagde hij voor zijn eindexamen met bijzondere cijfers voor wis- en natuurkunde, zang en muziek (viool).
1896-1902
De zomervakantie bracht hij door in Italië bij zijn ouders. In oktober liet Einstein zich inschrijven aan de afdeling VIa van de ETH. Dit was een opleiding tot leraar wis- en natuurkunde. Hij was de jongste van de 5 die zich lieten inschrijven. De anderen waren Mileva Maric, Marcel Grossmann, Louis Kollros, Jakob Ehrat.
Mileva zou niet veel later Einsteins echtgenote worden. Ze was 4 jaar ouder dan Einstein. Er bloeide tussen de 2 studenten al snel een romance. In 1900 bezegelden ze dit door zich te verloven. Einstein slaagde erin zijn studies af te maken in 1900. Mileva daarentegen niet, hoewel ze toch een paar pogingen ervoor heeft ondernomen. Einsteins eerste baan was een tijdelijke aanstelling in een middelbare school in Winterhur, een Zwitserse stad. Dit gebeurde in mei 1901. In oktober kreeg hij een baan als leraar aan een privé-school in Schaffhausen tot januari 1902. In juni 1902 begon hij als ambtenaar bij het Octrooibureau in Bern. Ook in 1902 werd Einstein vader van een dochter Lieserl.
1903-1914
Op 6 januari 1903 traden Albert en Mileva in het stadhuis van Bern in het huwelijk. Einsteins vader was ondertussen overleden als gevolg van een hartkwaal op 10 oktober 1902. Het echtpaar ging wonen in de archivstraße 8 in Bern. Einsteins zoon werd geboren in 1904. Ze noemden hem Hans Albert. Hij zou later een voortreffelijk wetenschapper worden meer bepaald een burgelijk ingenieur. In 1906 kwam ook Einsteins zus Maja in Bern wonen om haar universitaire studie voort te zetten die ze in Berlijn begonnen was. Albert Einstein werd in 1908 als Privatdozent, dit betekent "een niet aan een faculteit verbonden docent", toegelaten aan de universiteit van Bern. In oktober 1909 verhuisde Einstein naar Zürich waar hij een aanstelling had verkregen als buitengewoon hoogleraar. In 1910 werd Einsteins tweede zoon geboren, Eduard. Hij leed later aan dementia praecox beter bekend als schizofrenie en is overleden in 1965.
In maart 1911 verhuisden de Einsteins opnieuw, nu werdt Einstein aangesteld als gewoon hoogleraar aan de Duitse Universiteit. Na anderhalf jaar keerden ze terug naar Zürich waar hij benoemd werd tot gewoon hoogleraar aan de ETH. Einstein heeft in deze periode een paar reizen gemaakt voor zijn wetenschappelijk werk. Bij voorbeeld naar Leiden op bezoek bij de Nederlandse geleerde Hendrik Antoon Lorentz (1853-1928) waarnaar de "Lorentzkracht" is genoemd. Mileva vergezelde hem op deze reis. Zij had moeite met lopen omdat ze melancholiek geworden was. Ze had heel haar leven problemen met haar heup. In 1914 zou Einstein naar Berlijn vertrekken waar hem een gecombineerde positie werd aangeboden:
- een lidmaatschap van de Pruisische Academie, met een afzonderlijk salaris.
- een hoogleraarschap aan de Universiteit van Berlijn, zonder verplichting te doceren.
- positie van directeur van een nog op te richten natuurkunde-instituut.
Dit natuurkunde-instituut begon in 1917.
1914-1919
In juni 1914 verlieten Mileva en de 2 zoons Berlijn omdat de situatie tussen Mileva en Einstein ondraaglijk geworden was. Ze verhuisden terug naar Zürich. De scheiding met de kinderen was bijzonder moeilijk. Op het moment van het vertrek van Mileva was Elsa Einstein, Albert Einsteins nicht, al aanwezig. Zij woonde samen met haar dochters in de Haberlandstraße in Berlijn, al voordat Albert en Mileva in Berlijn aankwamen. In de zomer van 1917 verhuisde Albert naar een appartement naast dat van Elsa. Het jaar nadien werd op 12 juni de scheidingsprocedure in gang gezet door beide partijen. Het scheidingsvonnis werd op 14 februari 1919 bekrachtigd door de rechtbank in Zürich. De bepalingen waren dat Einstein de kinderen moest onderhouden en hij had het recht ze te ontmoeten tijdens de schoolvakanties. Mileva moest zorgen voor de opvoeding en verzorging van de kinderen. Einstein werd verplicht 40.000 Duitse Mark op een Zwitserse bank te storten. Hij moest het geld dat hij zou krijgen van de Nobelprijs als hij deze won afstaan aan Mileva. Hij zou dit doen in 1923. Doordat Einstein gescheiden was in 1919 kon hij terug huwen. Dit deed hij op 2 juni 1919. Elsa was drieënveertig en Albert veertig. Op het einde van het jaar 1919 kwam Einsteins moeder die aan een ongeneeslijke kanker leed, bij Einstein inwonen.
1919-1931
Drie jaar na hun huwelijk brachten ze een bezoek aan Japan. Mileva en Elsa waren niet de enige vrouwen die Einstein gehad heeft. Hij heeft nog een paar buitenechtelijke verhoudingen gehad. 1919 is ook het jaartal waarin hij in november beroemd geworden is. Einsteins algemene relativiteitstheorie wordt bevestigd in het jaar 1919 en de Times uit Londen schrijft hier een artikel over. Einstein was vanaf dan een wereldberoemdheid. Zijn eerste bezoek aan de Vereingde Staten dateert van 3 april tot 30 mei 1920. Op 8 april ontvingen Einstein en Weizmann (voorzitter van de Zionistische Wereldvereniging en later president van Israël) het ereburgerschap van de stad New York. Hij bracht ook nog een bezoek aan Engeland. In 1922 werd de minister van buitenlandse zaken Walter Rathenau, een veelzijdig Jood, vermoord. Hiervoor schreef Einstein het eerste in memoriam die hij later nog veel zou schrijven. Hij bezocht Frankrijk in 1922, dit was voor zijn bezoek aan China en Japan. In 1930 gaan ze in december aan boord van de Belgenland voor een reis naar Pasadena in Californië. Van 10 tot 15 december brengen ze nog een bezoek aan New York.
1931-1945
Ze keren terug naar Berlijn in maart 1931. Na het korte bezoek aan Genève keren de Einsteins terug naar de V.S. van december 1931 tot maart 1932 en van een kort bezoek in Berlijn gaan ze weer terug naar de V.S.. Dan moet Einstein terugkomen naar Europa, vanwege de regelingen die moesten getroffen worden om zijn verhuizing naar Princeton mogelijk te maken. Hij belandde in België van 28 maart tot 9 september en verbleef in De Haan in de villa Savoyard aan de Belgische kust. Hij moet hier vetrekken voor zijn veiligheid want De Haan lag te kort aan de Duitse grens. Hij vertrok naar Engeland van 9 september tot 7 oktober 1933 waarna hij voorgoed in de V.S. bleef. Einsteins laatste reis buiten de V.S. was in mei 1935. Hierna verkregen ze hun immigratievisum. Op 20 december 1936 stierf Elsa Einstein na een hartkwaal, 2 jaar voordien was haar dochter al gestorven. Einstein had ondertussen al een secretaresse van 1928, Helen Dukas genaamd. Albert Einsteins eerste zoon kwam in 1937 in de V.S. wonen. Op 22 juni 1940 werden Einstein, Margot (de jongste dochter van Elsa) en Helen Dukas beëdigd tot Amerikaanse burgers door rechter Philip Formann. Tijdens WOII gaat het leven van Einstein wat rustiger verder.
1945-1955
In de laatste levensjaren van Einstein begon het heel wat slechter te gaan met hem. Hij had een gezwel in de buikslagader, dit kon toen nog niet worden verwijderd. Op zijn verjaardag wanneer hij 70 werd kreeg hij het eredoctoraat van de Hebreeuwse universiteit. In 1953 werd het medisch instituut van de Yeshiva-Universiteit genoemd naar Einstein:"Het Albert Einstein College of Medicine". Einstein overleed in de vroege ochtend van 18 april 1955, in de namiddag werd hij gecremeerd.